Phoeniconaias minor (Geoffroy Saint-Hilaire, 1798)

De kleine flamingo is één meter hoog en daarmee de kleinste flamingosoort. Hij heeft een lichtroze verenkleed, zwarte vleugelpunten, een lange nek en een grote zwarte gehoekte snavel. De flamingo leeft in grote groepen. Op zijn lange, donkerroze poten staat hij in ondiep water. Met zijn snavel zeeft hij algen, wieren, kleine kreefjes en raderdiertjes uit het water. Een flamingopaar broedt in een grote kolonie en krijgt doorgaans één jong. De jongen van de duizenden paren worden gezamenlijk in een ‘crèche’ opgevoed.

%LABEL% (%SOURCE%)