De vleet is een roggensoort met een ruitvormig lichaam en een spitse snuit. Hij is gemiddeld één meter lang. Zijn rug is olijfgroen tot grijsbruin, vaak met ronde en ovale gele vlekken. Liggend op de zeebodem en goed gecamoufleerd wacht hij totdat prooien over hem heen zwemmen. Dan slaat hij toe. Op zijn menu staan kreeftachtigen, zeeslakken, borstelwormen, inktvissen en vissen. Om het jaar zet het vrouwtje zo’n 40 eikapsels af. Deze zijn rechthoekig met korte uitsteeksels en hebben een afmeting van gemiddeld twaalf bij zestien centimeter.