Het woord ʻAʻā is afkomstig uit het Hawaïaans, wat "steenachtige ruwe lava" betekent maar ook “om te verbranden” of “om op te blazen”. ʻAʻā lava is een van de drie basistypen uitvloeiingsgesteente, samen met pahoehoe lava (touwlava) en kussenlava. ʻAʻā lava is te herkennen aan het ruwe oppervlak van gebroken lavablokken. Door afkoeling stolt eerst de buitenkant van de lava. Als de lava verder stroomt, breekt de brosse korst in scherpe stukken. Lopen op een afgekoelde ʻAʻā lavastroom is bijna onmogelijk, omdat er overal scherpe punten uit de bodem steken.