De kapok is een boom van maximaal 70 meter hoog, met scherpe stekels op de stam en de takken. De crèmewitte tot paarse bloemen gaan ‘s nachts open en worden bestoven door vleerhonden (grote vleermuizen). Die komen af op de sterke geur, de kleur en de nectar. Vroeg in de ochtend worden de bloemen bezocht door bijen. De leerachtige vruchten zijn 10 tot 30 centimeter lang en bevatten 120 tot 175 zaden. De zaden zitten vast aan witgrijze, wolachtige vezels, waardoor ze gemakkelijk door de wind worden verspreid.