Apollovlinders vormen een geslacht van 44 soorten die behoren tot de vlinderfamilie van de pages. Hun witte of doorschijnende vleugels zijn bedekt met vlekken in verschillende kleuren en patronen die per soort kunnen verschillen. De achtervleugels hebben aan de bovenkant meestal twee en aan de onderkant meerdere ronde rode, zwarte en/of blauwe vlekken. Rupsen van apollovlinders leven vaak op wit vetkruid. Volwassen vlinders zoeken hun nectar niet alleen in de bloemen van wit vetkruid, maar hebben dan een voorkeur voor de rode en violette bloemen van distels. De vlinders leven op steile, zonnige hellingen op een hoogte van tussen de 1000 en 2400 meter.