Coniferen zijn planten die meestal als boom groeien. Ze komen over de hele wereld voor, van het warme regenwoud tot de koude taiga. In de noordelijke bossen zijn ze de meest voorkomende plant. Coniferen hebben mannelijke kegels met pollenkorrels en vrouwelijke kegels (dennenappels) met eicellen. Grote hoeveelheden pollenkorrels worden verspreid door de wind. Dat kan eruitzien als een stofwolk of rookpluim. Als een pollenkorrel in een vrouwelijke kegel van een andere boom belandt, vindt er bevruchting plaats en ontstaat er een zaad.